BNSP en NVTL voeren in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken de ontwerpverkenning Regio van de toekomst uit. In vier regio’s doen acht ontwerpteams ontwerponderzoek naar de grote opgaven die in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) aan bod komen. In een speciale blogserie doet Blauwe Kamer verslag. Dit is aflevering 7.
De Waddenkust: toneel voor natuurgebied, werelderfgoed, industrie en windpark.
Landschap trekt zich weinig aan van projectgrenzen. Trek op papier een lijn om de Eemsdelta en veel aspecten die van belang zijn voor ontwikkelingen binnen het projectgebied, strekken zich uit tot voorbij de getrokken lijn. Het Waddenlandschap van Noordoost-Groningen is niet alleen werelderfgoed, maar ook het nationale ‘aanlandpunt’ (stekker) van een windpark op zee.
Door: Marieke Berkers
In de Eemshaven komt straks een derde van de Nederlandse elektriciteitsbehoefte aan land. Als energiehub trekt het gebied Google en andere bedrijven voor de bouw van enorme datacenters. Kortom, zelden figureert een regionale ontwerpopgave in zo’n internationaal spanningsveld.
Aan het ontwerpteam onder leiding van Ruut van Paridon en Abe Veenstra de opdracht om tegen deze achtergrond de balans tussen ecologie en economie te herstellen. Het team gaat een stap verder: het zet ‘natuurkracht’ in om het gebied te voorzien van een nieuwe, biobased economie. Natuur is niet alleen een element om te koesteren, ze kan eveneens helpen om de Eemsdelta economisch krachtiger te maken. Daardoor komt het landschap er wel heel anders uit te zien.
Het team definieert een aantal ontwerpprincipes en test die in de uitwerking van twee locaties . Een van de principes is het herstel van het estuarium, de open verbinding tussen het zoute water van de zee en het zoete water van de rivieren. Dat is nu vanwege het vele slib een ‘dood’ systeem. Met bijvoorbeeld aangepaste teelten – zoals algenteelt op windenergie – kan het gebied weer een levend systeem worden. Het slib kan ook benut worden als grondstof voor bakstenen.
Het team kijkt ook naar de mogelijkheden voor meervoudig ruimtegebruik. Restwarmte van de industrie kan beter benut worden. Wie weet is een Eems lagoon een attractie in het landschap waar het heerlijk badderen is. De beperkte ruimte vraagt om een stapeling van functies, maar op het niveau van beleid is dat nog geen gemeengoed, constateren de ontwerpers. Ambities uit het Windenergieplan en de beleidsmatige wens om het open karakter van het Waddenzeelandschap te behouden zitten elkaar in de weg. Openheid is onbestemd en daardoor kan de kwaliteit zomaar uit je handen glippen. Om de openheid te borgen wordt gedacht aan een ordeningssysteem van ‘clusters’ en ‘vensters’. Binnen de clusters – het team denkt aan de stad Delfszijl en de Eemshaven – is ontwikkeling mogelijk, soms in gestapelde vorm om alle functies een plek te geven. De vensters blijven gevrijwaard van bebouwing en maken de openheid beleefbaar.
Het ontwerpteam van Ruut van Paridon en Abe Veenstra in gesprek met regionale spelers.
De versterking van de economie vanuit de lokale kracht helpt bewoners om hun positie te versterken. Zij staan dan niet meer met lege handen tegenover de oprukkende industrie, maar hebben baat bij de ontwikkeling van het landschap. Door een biobased landbouw bijvoorbeeld of door recreatie met de aanleg van een Eems lagoon. Vaarroutes, dorpsommetjes en toegankelijke dijken vergroten de bereikbaarheid en aantrekkelijkheid van het gebied.
Een bijzonder voorstel is het zogenoemde ‘dorpsterritorium’, een afgebakend gebied waar de bewoners van het dorp Oudeschip het voor het zeggen krijgen. Daarmee kunnen ze een vuist maken tegen de oprukkende industrie. Het dorp kan besluiten tot de aanleg van een bomenrij, waarmee de fabrieken uit het zicht worden gehouden en dat de dorpsgrens markeert. Dorpskracht als onderdeel van de natuurkracht – een dynamische onderlegger voor de toekomstige ontwikkeling van de Eemsdelta.
Door de perspectiefverschuiving – van ‘balans’ naar ‘stuwende kracht’ – wordt de Eemsdelta een aantrekkelijke en productieve voorkant in plaats van een lelijke achterkant van de Waddenzee. Geen eenzijdige, ruimtevretende industriezone, maar een krachtig gebied waar ecologie en economie elkaar versterken en de verblijfskwaliteit hoog is. Het team van Van Paridon en Veenstra verbindt alle schaalniveaus. De dorpsgemeenschappen hebben een sleutelrol in het functioneren van het levende estuarium, de nationale overheid moet zorgen dat windenergie de lokale economie niet in de weg zit, maar een stap verder brengt.