Vorige maand opende de Floriade zijn deuren. Daarvoor ontwierp architect Winy Maas een zogenoemde ‘plantenbibliotheek’. Blauwe Kamer vroeg hem naar zijn ervaringen.
Hoe was het om een Floriade te ontwerpen?
‘Even voor de duidelijkheid: wij hebben geen Floriade ontworpen, maar een stadswijk, genaamd Hortus. Deze wijk staat stedenbouwkundig voor alles waarover deze Floriade naar ons idee moet gaan, namelijk duurzame en groene verstedelijking. Wij hebben dit vertaald in een arboretum, een bibliotheek van planten en bomen, waarin de rijkdom van de natuur categorisch is geordend. Die ordening is het uitgangspunt voor de woningbouw die hier komt. Een woning in de sectie ‘berk’ bijvoorbeeld wordt bij voorkeur van berkenhout gebouwd. De Floriade is de komende maanden te gast in dit arboretum.’
U bent niet verantwoordelijk voor de wc-gebouwen, de verschillende paviljoens, de restaurants of de kassen?
‘Nee, al had ik dat graag gewild. Want dan had ik het thema van de groene stad veel extremer doorgevoerd. Met dakparken en met paviljoens die uiting geven aan de stad van de toekomst. Ik had kunstenaars en filmmakers ingeschakeld om samen met het publiek de vergroening van onze steden op een veel fundamenteler niveau te verkennen. Maar goed, dan zet je de pet van curator op.’
Liggen dergelijke ambities niet te ver af van de doelen die de Nederlandse Tuinbouwraad heeft met de Floriade, namelijk het tonen van innovaties in de tuinbouwsector?
‘Ik heb altijd het idee gehad dat de NTR het thema van groene verstedelijking omarmde. Maar deze editie is al jaren omgeven door spanningen – vanwege politieke belemmeringen, mislukte aanbestedingen, financiële strubbelingen. Dan sneuvelen de mooiste onderdelen, raken ambities en plannen uit zicht. Wij wilden dat 600 woningen nu al bewoond waren, zodat bezoekers kunnen zien hoe natuurinclusief bouwen er in werkelijkheid uitziet. Ik had gehoopt op kaswoningen, zodat ze na de Floriade zouden blijven staan.’
En dat die Flores Toren, toch de blikvanger, niet van beton was gebouwd. Ik bedoel: zo blijft het idee van de groenste stadswijk niet lang overeind.
‘Schandalig vind ik dat. Dit had houtbouw moeten zijn, met groene gevels. Maar daar is niks van terechtgekomen.’
U had daar geen grip op?
‘Ik heb aangegeven dat de aanbesteding, waar maar één partij op intekende, opnieuw moest – je wil plannen op zijn minst met elkaar vergelijken. Maar door de druk en de vele spanningen is toch doorgezet. Door zijn monopoliepositie kon de ontwikkelaar zijn gang gaan.’
Gelooft u nog wel in het idee dat de Floriade een fijne katalysator is om een gebiedsontwikkeling op gang te helpen?
‘Absoluut. Ik denk dat de Floriade een geweldig hulpmiddel is voor stedenbouw. Maar dan moet je zo’n project niet sec als evenement beschouwen. Natuurlijk is ticketverkoop belangrijk, net als de bijdrage van de NTR. Maar de businesscase moet gezien worden als een grote publieke investering in de leefomgeving. De waardeontwikkeling op lange termijn, het vergezicht van een fijne en duurzame woonwijk, maakt dergelijke bedragen dan een stuk legitiemer.’
Dit interview verscheen in de aprileditie van het Blauwe Kamer E-zine.