In de zomer 'wandelden' bomen door het centrum van Leeuwarden.
Door: Mark Hendriks
Ruimtelijke ordening, en daarmee de vakgebieden landschapsarchitectuur en stedenbouw, staan weer volop in het spotlicht. Steeds meer mensen – van politici tot maatschappelijke organisaties – zien in dat de grote thema’s die het nieuws bepalen ruimtelijke implicaties hebben. En dat een gedegen visie op hoe we ons land op de lange termijn inrichten cruciaal is voor de aanpak van die opgaven. Het is ons uit het hart gegrepen: ook in het Blauwe Kamer Jaarboek klinkt dit geluid weer door.
De hernieuwde aandacht voor planning en ontwerp blijkt wel uit de aanstelling begin vorig jaar van een minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Het is aan niemand minder dan Hugo de Jonge om de Nederlandse planningstraditie nieuw leven in te blazen. In dit jaarboek legt hij aan interviewer Tijs van den Boomen uit hoe hij dat wil doen.
Aan ambitie geen gebrek, zo blijkt uit het vraaggesprek. Hij denkt dat ‘dit de unieke kans is om de regie te hernemen’, want ‘naast alle woningen die gebouwd moeten worden, vraagt ook de energietransitie veel ruimte, net als de transitie van de landbouw en het herstel van de natuur’. Als je denkt dat het vanzelf wel goed komt, predikt De Jonge, loopt alles vast.
Naast de schijnbare wederopstanding van de ruimtelijke ordening staat het gedeelde besef dat het ontwerp van steden en landschappen niet langer over ecologische grenzen mag gaan. De selectiecommissie van het jaarboek stelt dan ook vast dat we zijn aanbeland in de eeuw van de biologie. Na een periode waarin stedenbouw en landschapsarchitectuur nauw verweven waren met de ingenieurskunst, zijn ontwerpprincipes meer en meer gestoeld op circulaire, symbiotische en natuurinclusieve wetmatigheden.
Een glimp van dit nieuwe tijdsgewricht was deze zomer op te vangen in het centrum van Leeuwarden waar 1200 bomen van plein naar plein ‘wandelden’. Volgens initiatiefnemer Bruno Doedens zijn voor een nieuwe balans tussen mens en natuur andere verhalen nodig. De landschapskunstenaar meent dat radicale verbeelding ons kan helpen om op het juiste spoor te komen. ‘Want als bomen kunnen wandelen, kunnen wij veranderen.’
Deze column verscheen als editorial in de jaarboekeditie van Blauwe Kamer.