Pieter Hoexum is schrijver, filosoof en ‘stoepinspecteur’. Credits: Stijn Brakkee
Dit jaar is Blauwe Kamer een columnist rijker. In ons maartnummer vind je de eerste bijdrage van Pieter Hoexum. Hoexum is schrijver, filosoof en – zoals hij zichzelf ook omschrijft – enthousiast
‘stoepinspecteur’. Alledaagse, kleine zaken trekken voornamelijk zijn aandacht. De tuinhekjes in zijn buitenwijk in Purmerend, de betekenis van de stoep, het verschil tussen een laan en een
straat.
Kip die rondscharrelt
Hoexum vergelijkt zijn werkwijze ook wel eens met die van een rondscharrelde kip. ‘In zijn oneindige wijsheid vergeleek filosoof Georg Hegel een filosoof met een uil die in de avondschemering uitvliegt om de dag te overzien en waardig af te sluiten. In vergelijking met die uil ben ik een kip die de hele dag in en rond zijn huis scharrelt en daarbij stuit op allerlei even alledaagse als wonderbaarlijke zaken’, aldus Hoexum, ten tijde van zijn boekpublicatie Kleine filosofie van het rijtjeshuis.
Verrassende blik
Het is vanwege die andere kijk dat we Hoexum hebben gevraagd als columnist van Blauwe Kamer. ‘Hij is een buitenstaander met kennis van zaken. Door zijn filosofische achtergrond heeft hij een verrassende blik op hoe we onze steden en landschappen inrichten. Waar onze andere columnist Arjan Harbers zich richt op specifieke fenomenen in de publieke ruimte (zoals onder andere aanplakzuilen en neonreclame), bespreekt Hoexum overkoepelende thema’s en onderwerpen die de kwaliteit van onze woonomgevingen bepalen. Daarin past overigens veel, want hoort niet alles bij de woonomgeving?’, zo licht hoofdredacteur Mark Hendriks de keuze voor Hoexum toe.
De stad als speelplaats
Steden moeten simpelweg ‘vriendelijk’ zijn. Dat stelt Hoexum vast in zijn eerste column. Hij kwam tot dit inzicht na een lezing van Herman Hertzberger. De oude architect had Hoexum betoverd met een verhaal over waarom we steden als speelplaatsen moeten zien. En dat ontwerpers ervoor moeten zorgen dat stadsbewoners als spelende mensen door het leven kunnen gaan. Eens, dacht Hoexum na afloop, maar moeten we het streven naar een kind- en beweegvriendelijke inrichting van onze woonomgeving niet oprekken naar gewoon ‘vriendelijk’ – als ware het een grondslag voor het ontwerp van de perfecte stad?
Lees de column ‘De vriendelijke stad’
Meer weten over ‘De vriendelijke stad’? De gehele column van Pieter Hoexum lees je in Blauwe Kamer nummer 1 2023. Abonnees ontvangen het nummer rond 24 maart.
Nog geen abonnee?
Meld je aan of
bestel een los exemplaar van nummer 1 2023 (je wordt
doorverwezen naar de webwinkel van Uitgeverij Blauwdruk, de uitgever van tijdschrift Blauwe Kamer).