Water is de hefboom voor verandering

De vraag naar schoon water groeit en tegelijkertijd raakt de wereldwijde voorraad uitgeput en vervuild. Alleen collectieve actie kan het tij keren, meent gasthoofdredacteur Henk Ovink. Volgens de voormalig watergezant is nieuw rentmeesterschap nodig, en moeten

we zoet water niet alleen zien als een mensenrecht, maar ook als bondgenoot in de aanpak van actuele opgaven. Stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten hebben hierin een sleutelrol. Zij zijn in staat om het noodzakelijke herstel van de mondiale watercyclus te vertalen naar alternatieve ruimtelijke inrichtingen. ‘De toekomst aanpakken en aan het verleden ontsnappen – met ontwerp kunnen we dat.’

 

Tekst Henk Ovink

Foto's Cynthia van Elk

 

Wat is er mooier dan water? We hebben het voor bijna alles nodig, en het is overal. In onze grond, lucht, rivieren, beken en stroompjes. In de meren en zeeën, in de wolken, regens, gletsjers, het ijs van de polen, planten, bomen en moerassen. Het is niet altijd zichtbaar, maar het is er wel altijd. En dat is maar goed ook, want zonder water houdt alles op; dan stopt het leven, onze samenleving en onze economie. En niet alleen de beschikbaarheid van water is cruciaal, ook de kwaliteit ervan. Van vies water word je ziek en ga je dood. Kortom, water is nodig voor alles wat we doen en ambiëren.

 

Wij rekenen op water, maar water rekent ook op ons. We moeten er zorgvuldig mee omgaan, en we moeten alle schakels in het watersysteem koesteren. Maar door- dat we de wereldwijde voorraad aan schoon en zoet water uitputten en vervuilen, ondermijnen we alles wat we willen bereiken. Sterker nog, door de aantasting van de watercyclus versnellen we klimaatverandering, de afbraak van de natuur, de vervuiling van onze leefomgeving en de maatschappelijke ongelijkheid.

Groen water

Mijn eerste ‘wateropdracht’ kreeg ik in 1992, voor Waterschap Rijn en IJssel. Daarna volgden een waterplan voor de gemeente Den Haag, projecten bij ministeries en de wederopbouw van de Amerikaanse oostkust na orkaan Sandy – met president Obama’s Task Force. De afgelopen achtenhalf jaar was ik Watergezant waardoor ik wereldwijd aan water kon werken. Deze continue reis heeft mijn ervaring en inzicht over het belang van water verankerd in bijna alles wat ik denk en doe. Waar ik ook werkte, in Afghanistan, Gaza, Peru of Chili, na een overstroming of mid- den in een verwoestende droogte, overal zie ik dat water de verbindende factor is. Iedereen heeft iets te winnen met voldoende en goed water. Maar dat betekent ook dat als het er niet is – of veel te veel – of als we erom vechten, dat water verwoest en verdeelt. Water is voor mij echt de hefboom voor verandering, de verbinding die verdeeldheid overbrugt. Dat ervoer ik ook als voorzitter van de gesprekken over waterzekerheid in het Midden-Oosten.

 

Water is het perspectief, de ‘bril’ waardoor we naar onze economie en samenleving moeten kijken. Dat werken we met de Global Commission on the Economics of Water nu uit tot een systeemaanpak. Water intrigeert me. Het dwingt op een inspirerende manier tot inclusiviteit en verbindt langetermijnambities aan innovatieve aanpakken op de korte termijn. Er is een onophoudelijke cyclus van water door rivieren, oceanen, wolken en regens. Daarbij onderscheiden we ‘blauw’ en ‘groen’ water. De hitte van de zon veroorzaakt verdamping uit de oceanen, rivieren, meren en moerassen (blauw). Planten verliezen water via hun bladeren door transpiratie (groen). Waterdamp (blauw én groen) vormt wolken waar regen en sneeuw uitvalt. Een deel van dat water verzamelt zich in beken en rivieren en mondt weer uit in de zee. De rest sijpelt door in de grond als grondwater. We zijn wereldwijd verbonden door deze watercyclus.

Destabiliserende krachten

 

Destabiliserende krachten

Maar we brengen deze watercyclus collectief in gevaar door onze negatieve impact op het klimaat en de biosfeer, waardoor we de bron van al het zoet water veranderen. Het is het gevolg van ‘domme’ financiële planning, gericht op kortetermijnwinsten en gevestigde belangen, gevoed door zichzelf bevestigende modellen voor eenzijdige economische groei. Het heeft sinds decennia geleid tot massieve ontbossing, vernietiging van de natuur, milieuvervuiling en een immer stijgende uitstoot van onder meer CO2. Deze grote destabiliserende krachten verstoren niet alleen de mondiale watercyclus maar verergeren tegelijkertijd de klimaatverandering en de achteruitgang van ecosystemen, met een ontwrichtende werking op onze leefomgeving en economie.

 

We zien het in de frequentie en intensiteit van droogtes – die nemen toe en leiden tot lage waterstanden en mislukte oogsten. Droogte werpt een lange schaduw voor- uit op generaties, met voedselgebrek en gezondheidsschade als gevolg, en onomkeerbare ontwikkelingsachterstanden bij kinderen. Het wrange is dat we de ogen sluiten voor de ellende die we veroorzaken. We onderschatten het probleem – water is toch overal, water is er toch altijd, wat kan ons nu gebeuren? Maar: De zoetwatervoorraden nemen af, in gletsjers, in het grondwater, in wetlands, in de bodem. En dat geldt ook voor het ‘groene water’ dat van cruciaal belang is voor de neerslagvoorziening. Van de regen op land is 60 procent afkomstig van dit groene water. Het betekent dat om voedselzekerheid en een gezonde leefomgeving te garanderen, we niet alleen heel goed moeten zorgen voor het water zelf, maar juist ook voor de bron van al dat groene water: onze biodiversiteit. Zonder een stabiele zoetwatervoorziening zullen we de Sustainable Development Goals van de VN, het Parijs-akkoord of het Global Biodiversity Framework niet waarmaken. Zonder ingrijpen zullen de materiële en humanitaire kosten alleen maar oplopen. Wetende dat tegen 2030 de mondiale vraag naar schoon en zoet water naar verwachting met 50 procent zal zijn toegenomen, is het klip en klaar: we hebben geen tijd te verliezen.

Daarbovenop is de toegang tot schoon water ongelijk verdeeld. Miljarden mensen hebben geen toegang tot veilig drinkwater of sanitaire voorzieningen. Water halen is vaak de rol van vrouwen en kinderen. Het kost hen uren per dag, waarbij elk uur hen verder op achterstand zet: geen school, geen werk, geen inkomen. Ook lopen ze een groot risico verkracht of vermoord te worden. Ze zetten letterlijk hun leven op het spel voor water. In de Afghaanse hoofdstad Kabul hebben we dat – voor de desastreuze omwenteling en de terugkeer van de Taliban – aangepakt. Samen met UN Habitat is een systeem van watervoorziening op buurtniveau gerealiseerd dat beheerd werd door vrouwen. Zij zijn de waterkeepers wereldwijd, en werden hier door hun gemeenschap en dit project in positie gebracht.

 

Onbewoonbaar

Langdurige droogtes en overstromingen raken kwetsbare gemeenschappen het hardst. Land van inheemse volken wordt onteigend voor economisch en politiek gewin. En zelfs watermanagementprojecten, op papier bedoeld om energie- en waterzekerheid te garanderen, raken de meest kwetsbaren het hardst. Zij moe- ten verhuizen voor de bouw van dammen, hun land raakt onbewoonbaar door de kanalisering van waterlopen ten behoeve van de landbouw en industrie en hun drinkwater wordt vervuild. Land- en waterrechten gaan vaak voor onbepaalde tijd naar gevestigde partijen en de privatisering van water versterkt de ongelijkheid. Het mensenrecht op veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen is weliswaar door alle landen erkend, maar de naleving ervan is erg beperkt.

 

Het betrekken – tot en met de besluitvorming – van inheemse volken en hun eeuwenlange ervaringen van het toekennen van waarden aan water, kan de aanpak voor waterzekerheid voor mens en natuur versterken. Ook moeten we beter luiste- ren naar en leren van deze ‘frontline’ gemeenschappen. Zij ervaren de ellende van de watercrisis elke dag en weten als geen ander wat werkt en wat niet. Dat geldt ook voor de samenwerking met en positionering van de jongere generaties, die vanuit een heel ander toekomstperspectief denken, werken en beslissen. Die samenwerking met en door al die verschillende belangen en culturen heen voegt een nood- zakelijke nieuwe dimensie toe aan ons begrip en de aanpak van integraliteit en inclusiviteit.

Water laat zien dat landen en gebieden afhankelijk zijn van elkaar. Wat stroom- opwaarts gebeurt, beïnvloedt de beschikbaarheid van water in benedenstroomse gebieden, via rivieren en waterstromen door de lucht. Deze onderlinge afhankelijkheden zijn complex, maar creëren ook kansen. Water kan een ‘verbinder’ zijn tussen belangen, culturen, steden, regio’s, landen, sectoren en mondiale agenda’s.

 

Inclusieve aanpak

Collectieve actie is dus essentieel. Geen enkel land, regio, stad of gemeenschap kan de mondiale watercrisis op eigen houtje aanpakken. Het werken aan het herstel en de stabilisatie van de watercyclus is een collectieve verantwoordelijkheid die op allerlei niveaus fundamentele veranderingen vereist. Zowel op niveau van bestuur, financiën, technologie, institutionele en individuele capaciteit, partnerschappen als in wat we waarderen en hoe we dat doen. We moeten rekening houden met gelijkheid en rechtvaardigheid in de manier waarop water wordt toegewezen en waterdiensten worden geleverd. Door onze economie anders vorm te geven, door te co-creëren en te heroriënteren. Als we publieke waarden centraal stellen bij productie, distributie en consumptie dan kunnen we water-, klimaat- en natuur- gerelateerde uitdagingen inclusief en integraal aanpakken. En ze óók inzetten als katalysatoren voor de agenda van duurzame ontwikkeling en klimaat. De watercyclus is een global common good, het is in het belang van alle mensen en de planeet om deze hydrologische cyclus te herstellen en te stabiliseren.

 

Dat vraagt om die integrale en inclusieve aanpak. Met werkelijke innovatieve oplossingen en programma’s en projecten voor de toekomst. Ruimtelijk ontwerpen is daarbij cruciaal. Het helpt om de complexiteit te ontrafelen en te begrijpen en geldt als verbinder – niet versnipperd door belangen, kortetermijnfalen of reacties. Ontwerpen is gericht op de toekomst. Beter nog: ontwerpen construeert een integraal langetermijnperspectief. De synergie tussen opgaven, plekken, schalen, belangen en mensen werkt als katalysator voor de aanpak van vandaag. Ontwerpen als proces, als organisatie, als resultaat voor oplossingen die werken, versterken en activeren.

 

Waterzekerheid

Dit ontwerpproces is inherent inclusief. Ontwerpen daagt de verdeeldheid van ons dagelijks leven uit door alle interesses, aspecten, vragen en mensen in een gemeenschappelijk begrip en ambitie te betrekken. Door dat wat we moeten doen en ambiëren tastbaar en praktisch te maken, vergroot de ontwerpaanpak ieders verbeeldingskracht. Ontwerpen maakt onze ambities politiek, creëert eigenaarschap en verantwoordelijkheid. De toekomst aanpakken en aan het verleden ontsnappen kan met ontwerp.

Maar dat gaat niet vanzelf. Zo’n ontwerpproces vraagt om een veilige ruimte waarbinnen iedereen vanuit onderlinge relaties en afhankelijkheden nieuwe antwoorden kan ontwikkelen. Zoals onlangs is gedaan in het Vlaamse project Herk & Mombeek. Hydrologen, landbouwexperts, agrarische en natuurverenigingen, beleidsmakers en landschapsontwerpers gingen samen aan de slag om de schade door overstromingen en droogte in 2050 beheersbaar te houden. Het is een prachtig voorbeeld van hoe een systeemanalyse en een innovatieve ontwerpaanpak een lokale coalitie in staat stelt om echt werk te maken van groen én blauw water. Ontwerpen is in deze tijd van reactiviteit de ultieme provocatie die we als samen- leving nodig hebben. We moeten nu werken aan het alternatief, in samenwerking met alles en iedereen. Het kan en het moet, en het is het mooiste dat er is: met water ontwerpen, voor morgen.

  

Dit essay verscheen eerder in het juninummer van Blauwe Kamer.